Hallo lieve lezers,
Onlangs
heb ik het boek de Donkere kamer van Damokles gelezen. Een boek waar je nog
lang over blijft denken na het lezen ervan. Hier kun je een goede samenvatting
vinden en heel veel informatie over de grote en bekende schrijver: Willem Fredrik
Hermans. In dit bericht geef ik jullie een korte analyse van het boek.
De donkere kamer van Damokles is een psychologische (oorlogs) roman. Het boek is verdeeld in ongenummerde hoofdstukken, zonder titel. Het boek begint gelijk met een verhaaltje uit de jonge levensjaren van de hoofdpersoon Osewoudt. Het boek eindigt met zijn dood.
Titel
De titel van het boek is De donkere kamer van Damokles. Dit past goed bij het boekt boek. De donkere kamer slaat op de kamer waar Osewoudt foto's ontwikkelt.Ook slaat de donkere kamer op eenzaamheid, op onzekerheid, isolement en de cellen waar Osewoudt verbleef.
De donkere kamer van Damokles is een psychologische (oorlogs) roman. Het boek is verdeeld in ongenummerde hoofdstukken, zonder titel. Het boek begint gelijk met een verhaaltje uit de jonge levensjaren van de hoofdpersoon Osewoudt. Het boek eindigt met zijn dood.
Titel
De titel van het boek is De donkere kamer van Damokles. Dit past goed bij het boekt boek. De donkere kamer slaat op de kamer waar Osewoudt foto's ontwikkelt.Ook slaat de donkere kamer op eenzaamheid, op onzekerheid, isolement en de cellen waar Osewoudt verbleef.
Damokles verwijst naar een mythologisch figuur. Damokles is een dienaar van Dionysius en wil voor een dag de macht van zijn heerser. Dus Damokles mag dan voor deze ene dag op de troon van Dionysius zitten en geniet van alle rijkdom, maar dan zegt Dionysius hem omhoog te kijken en daar ziet hij boven zijn hoofd een zwaard aan een paardenhaar hangen. Dit zwaard boven zijn hoofd staat voor de constante dreiging die boven geluk en rijkdom hangt.
Met betrekking tot de roman kun je zeggen dat ook in Osewoudt’s leven er een constante dreiging bestaat.Motto
Het boek heeft geen motto, maar wel een naschrift. Het is geschreven door Ludwig Wittgenstein:
“Ik kan hem zoeken als hij er niet is, maar hem niet ophangen als hij er niet is.
Men zou kunnen willen zeggen: ‘Dan moet hij er toch ook zijn als ik hem zoek.’
-Dan moet hij er ook zijn als ik hem niet vind, en ook als hij helemaal niet bestaat”
Dit slaat op Osewoudt die maar niet kan aantonen dat Dorbeck bestaat. Osewoudt kan Dorbeck nergens meer vinden. Hij kan geen bewijs meer vinden dat Dorbeck leeft of ooit heeft geleefd. Zelf gelooft Osewoudt er wel in dat Dorbeck heeft geleefd.
Genre
De donkere kamer van Damokles is een psychologische (oorlogs) roman.
Het thema van het boek is: zelf de werkelijkheid weten en vervolgens die werkelijkheid niet kunnen aantonen. De eerste helft van het boek is eigenlijk een voorspel van het tweede gedeelte. Het eerste gedeelte gaat over de werkelijkheid, en het tweede gedeelte over het niet kunnen aantonen van die werkelijkheid. Als je iets wilt bewijzen wat je niet hebt gedaan, en niemand gelooft je, en je kunt niemand iets bewijzen, is dat toch behoorlijk frustrerend. Bij Osewoudt eindigde die frustratie in de dood. Maar het thema sprak mij wel aan, vooral omdat je je wel in kon leven in het verhaal. Op het laatst wist je toch niet echt of Dorbeck nou wel of niet bestond.
Een paar motieven in dit boek zijn oorlog, de tram, het bordje, foto’s en de Leica, zusterhaat, zoeken naar eigen identiteit en wanhoop. De tweede wereldoorlog is waar alles om draait in het boek. Als dat nooit was gebeurd zou Hermans dit boek waarschijnlijk niet hebben geschreven. Elke keer in het verhaal komt de tram weer terug en vaak staat het bordje INHALEN VERBODEN bij. Het slaat op de achterstand die Osewoudt heeft op zijn leeftijdsgenoten, hij zal hen ook nooit inhalen, het lijkt zelfs verboden. Ook de Leica( fototoestel) van Osewoudt en de foto’s zijn een belangrijk motief. Deze komen elke keer terug, en zijn erg belangrijk voor Osewoudt om zijn onschuld te bewijzen.
Wanhoop
is een belangrijk motief aan het einde van het boek. Osewoudt is dan namelijk wanhopig
op zoek naar bewijzen voor zijn onschuld, hij is zelfs zo wanhopig dat hij zijn
eigen dood op zoekt, uit wanhoop rent hij het gebouw uit waarin hij opgesloten
zit, daarom vermoorden de Nederlanders hem.
Een verassend motief in het boek is zusterhaat. Ria, de vrouw van Osewoudt, staat symbool voor Hermans’ zus. Hermans haatte zijn zus zoals Osewoudt Ria haat.
Een verassend motief in het boek is zusterhaat. Ria, de vrouw van Osewoudt, staat symbool voor Hermans’ zus. Hermans haatte zijn zus zoals Osewoudt Ria haat.
Opbouw
Het boek begint met het leven van de jonge Osewoudt, en eindigt met de dood van deze hoofdpersoon. Het boek heeft dus een gesloten eind. Het boek is wel in chronologische volgorde verteld, er zaten geen flashbacks en flash forwards in het verhaal, Het verhaal heeft wel een boeiende werking op me gehad, want ik wou wel graag weten hoe het nou met Dorbeck zat.
Personages
Hoofdpersoon is Henri Osewoudt, hij is zoon van sigarenwinkelier in Voorschoten. Zijn moeder vermoordde zijn vader. Hij is opgevoed door zijn oom. Hij heeft weinig contact met anderen. Hij trouwt met zijn zeven jaar oudere en lelijke nicht Ria. Osewoudt doet aan judo. Hij is lelijk, heeft een hoge stem en geen baardgroei. Hij is afgekeurd voor militaire dienst. Hij speelt de rol van verzetsheld. Hij interpreteert de gebeurtenissen op een geheel eigen wijze. Opdrachten van Dorbeck voert hij blindelings uit. Dorbeck is het "geslaagde" exemplaar van Henri, zijn "ideale ik" (dapper, zwart haar enz.)
Jagtman lijkt op Dorbeck, hij is ook officier in het leger. Hij woont op het adres waar Osewoudt zijn foto’s naar moest sturen.
Ria is Henri's zeven jaar oudere, lelijke nicht met wie hij getrouwd is.
Marianne is een ondergedoken joodse studente, die op Henri verliefd raakt en andersom. Aan het einde van het boek gaat ze terug naar Israël.
Moorlag was een student die bij Osewoudt in huis sliep.
Met de meeste bijpersonen kan Osewoudt het wel vinden. Behalve van zijn oom Bart moet hij niet veel hebben.
Ria, zijn vrouw, mocht ook hij niet, omdat zij hem had verraden en omdat zij lelijk was. Daarom werd zij vermoord.
Perspectief en vertelsituatie
Het is een personale roman, verteld door een alwetende verteller.
Ruimte
Het verhaal speelt zich af in veel Nederlandse plaatsen: Leiden, Voorschoten, Amsterdam, Den-Haag, Scheveningen en een korte tijd in Engeland. Deze plaatsen hebben geen invloed op het verhaal. Wel is de omgeving waar het verhaal zich afspeelt vaak donker, en somber.
Taalgebruik en stijl
De zinnen in het boek zijn niet al te lang, en goed te begrijpen. Er werden niet veel moeilijke woorden gebruikt. Af en toe wel eens oud-Nederlandse woorden, zoals bijv. Fournituren. Er zitten veel dialogen in het verhaal, vooral aan het eind. Hij moest veel verhoren ondergaan met Duitse officiers en de Nederlanders die hem gevangen hielden. Het verhaal is boeiend geschreven, want je wou wel graag doorlezen aan het eind van het verhaal, om te weten hoe het afliep.
Mening
Het was een goed boek om te lezen. Het thema was niet al te makkelijk, maar ondanks dat was alles wel te begrijpen. Ik kon me goed inleven in het verhaal, en leefde ook met de hoofdpersoon mee aan het eind van het boek. Ik had een ander eind verwacht, dat de foto uitkomst zou bieden, maar dit was niet het geval. Het was wel een dik boek, maar toen ik eenmaal begon te lezen merkte ik daar niet meer veel van. Daarom zou ik dit boek ook aanbevelen bij mijn medeleerlingen, vooral als ze een goed boek willen lezen.
Het boek is ook verfilmd. Hieronder kunt u de trailer bekijken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten